Winkelwagen
U heeft geen artikelen in uw winkelwagen
Seborroïsch eczeem is een veel voorkomende, chronische of recidiverende vorm van eczeem die voornamelijk de talgklierrijke gebieden van de hoofdhuid, het gezicht en de romp aantast. Er zijn infantiele en volwassen vormen van seborroïsch eczeem. Deze goedaardige ontstekingsaandoening wordt soms geassocieerd met psoriasis en staat bekend als sebopsoriasis.
In geïndustrialiseerde landen komt atopisch eczeem voor bij 5-15% van de kinderen en bij 1-3% van de volwassenen. Geschat wordt dat ongeveer 400.000 mensen in Nederland deze huidaandoening hebben. Atopisch eczeem begint al meestal in de eerste 6 levensmaanden, maar kan in principe op iedere leeftijd beginnen. Ongeveer 75% van de patiënten is jonger dan 20 jaar. Geschat wordt dat 3-5% van alle kinderen atopisch eczeem heeft. Het eczeem kan gedurende een betrekkelijk korte tijd aanwezig zijn, maar ook chronisch blijven bestaan. Bij sommige mensen verdwijnt het om vervolgens veel later weer terug te keren.
Jazeker. Ook baby’s kunnen eczeem krijgen, al na een paar weken tot maanden. Op babyleeftijd wordt atopisch eczeem ook wel “dauwworm” genoemd.
Op uw huid krijgt u 1 of meer plekken met kleine schilfers (velletjes). Bij een lichte huid zijn de plekken meestal rood. Bij een getinte of donkere huid zijn de plekken meestal donkerder of lichter dan de kleur van de rest van uw huid. De randen van de plekken zijn vaak dikker.
Soms lijken de plekken op een ring, die steeds groter wordt. Daarom wordt huidschimmel ook wel ringworm genoemd. In het midden van de ring lijkt de huid weer beter te worden.
De plekken kunnen jeuken, soms geven ze een branderig gevoel.
Soms kunt u aan de zijkanten van uw vingers en op de handpalmen blaasjes krijgen (blaasjeseczeem). Dit is een reactie van uw lichaam op de huidschimmel, die op een andere plek op uw huid zit.
Het atopisch eczeem vormt een onderdeel van het “atopisch syndroom” . Hieronder vallen ook astma (benauwdheid en piepen), hooikoorts (verstopte neus, tranende ogen, niezen) en voedingsallergie (bijvoorbeeld voor pinda’s of noten) Vaak heeft de patiënt één of meerdere familieleden met één of meerdere van deze vier ziektebeelden. Het is inmiddels duidelijk dat een kind met atopisch eczeem ook later klachten kan krijgen van hooikoorts, astma of voedingsallergie. Andersom is het ook mogelijk. Een kind die op jonge leeftijd al symptomen heeft van hooikoorts of astma kan later ook eczeem ontwikkelen.
Atopisch eczeem is genetisch bepaald en kan daarom niet worden genezen. De aanleg voor atopisch eczeem wordt erfelijk overgedragen en kan al snel na de geboorte tot uiting komen. Studies tonen aan dat er niet één maar meerdere genen (= dit zijn stukjes erfelijk materiaal gelegen op de chromosomen ) gerelateerd zijn aan het ontstaan van atopisch eczeem. Zeker één deze genen is betrokken bij de opbouw van de huid barrière. Andere genen spelen een rol bij het ontstaan van het overgevoelig afweersysteem bij eczeem.
Mutatie filaggrine eiwit. Een deel van de patiënten met atopisch eczeem heeft een mutatie in het gen die verantwoordelijk is voor het aanmaken van filaggrine eiwit. Filaggrine ( oftewel: filament aggregating protein) heeft een belangrijke rol in de functie van de huid barrière. Filaggrine speelt een belangrijke rol in het dicht houden van de huid en ook als natuurlijke bevochtiger van de huid (zogenaamde “natural moisturizer) . Bij mutaties in dit gen ontstaat een droge huid en een verslechterde huidbarrière. De huid is hierdoor constant “lek”. Door dit verstoorde huid barrière kunnen bacteriën en virussen gemakkelijker van buitenaf de huid binnendringen maar vice versa ook water en voedingstoffen van binnenuit naar buiten ontsnappen. Waarschijnlijk hebben mensen met atopisch eczeem ook mutaties in andere genen die ook andere huidbarrière eiwitten aanmaken, maar dit wordt momenteel nog onderzocht. Verder zijn er aanwijzingen dat dit defect in de huidbarrière een ontstekingsreactie uitlokt bij eczeem, wat de klachten van roodheid, zwelling en jeuk kan verklaren. Het afweersysteem probeert hiermee het defect in de huid dus op te lossen maar veroorzaakt tegelijkertijd juist meer problemen voor de persoon met eczeem.
De volgende leefregels kunnen u helpen om allergene en niet-allergene (irriterende factoren) te helpen beperken
1.Irriterende factoren voorkomen
2. Voedingsmiddelen en eczeem
3. Huisstofmijt reductie, saneringsadviezen
De onderstaande saneringsadviezen zijn vooral zinvol bij aangetoonde allergie op huisstofmijt. Oudere kinderen en volwassenen blijken daarbij het meest baat te hebben.
5. Stress reductie