Winkelwagen
U heeft geen artikelen in uw winkelwagen
Is de puist vanzelf open gegaan? Dan gaat de puist daarna meestal binnen 1 week weg.
Misschien gaat de steenpuist niet open. Dat is niet erg. Ook dan geneest die meestal binnen een paar weken.
Komen de steenpuisten steeds terug (meer dan 2 keer per jaar)? En heeft een test laten zien dat de bacterie in je neus zit?
Geneest de huid niet goed? Of zitten er meer steenpuisten bij elkaar? Dan zit de ontsteking waarschijnlijk dieper. De huisarts stuurt je dan naar het ziekenhuis. Je wordt dan verder behandeld door een arts die opereert (chirurg).
Gaat de bacterie in je neus niet weg door de zalf? Ook kan de huisarts je doorsturen naar een arts in het ziekenhuis die veel weet van ontstekingen (internist).
Bij deze aandoening is er sprake van kleine witte puistjes in het gelaat of op het behaarde hoofd . Het ontstaat meestal in de derde levensweek en is niet zeldzaam.
Hoewel het ook wel eens ‘baby-acne’ wordt genoemd is dat eigenlijk geen goede term. Zo worden er geen meeeters (comedonen) gezien zoals bij echte acne. Mogelijk is een tijdelijke overgroei van gisten de oorzaak van het ontstaan van de puistjes.
De aandoening gaat vanzelf over. Het smeren van een anti-gist crème kan het verdwijnen mogelijk bespoedigen.
Echte acne wordt bij pasgeboren baby’s eigenlijk niet gezien. Pas vanaf een leeftijd van ca. 6 maanden worden wel eens kinderen met echte acne gezien.
Deze aandoening is veel zeldzamer dan de hierboven beschreven aandoeningen, maar gaat ook gepaard met kleine puistjes. Deze sterk jeukende puistjes ontstaan vooral aan de handen en voeten , zowel aan de handruggen en voetruggen als aan de handpalmen en voetzolen.
De aandoening ontstaat in de eerste paar maanden na de geboorte en is soms al bij de geboorte aanwezig.
Bijzonder is dat de puistjes (die één a twee weken blijven bestaan) vanzelf wegtrekken maar na enkele weken weer opnieuw verschijnen. Na verloop van tijd worden de aanvallen steeds minder heftig en dooft het probleem uiteindelijk vanzelf uit. Dit kan echter tot wel drie jaar duren.
De jeuk tijdens de aanvallen van acropustulose kan eventueel met corticosteroidzalf en antihistaminica worden bestreden.
Meestal is het genoeg om de adviezen uit te voeren. De steenpuist gaat vanzelf over en er is geen behandeling nodig.
Soms is er wel een behandeling nodig: medicijnen of een sneetje in de steenpuist.
De huisarts geeft je medicijnen tegen bacteriën (antibiotica) in deze situaties:
Je krijgt dan pillen voor 7 dagen. Voorbeelden zijn flucloxacilline of clindamycine.
Maak alle pillen op. Als je te vroeg stopt, kan de ontsteking weer terug komen.
De steenpuist kan een grote ontsteking worden: een abces. Dit kan veel pijn doen.
De huisarts kan er een sneetje in maken en de pus eruit laten.
Probeer dit niet zelf te doen. Dat kan de ontsteking erger maken.
Heb je een grotere kans dat je erg ziek wordt door bacteriën? Dan krijg je medicijnen tegen bacteriën. Je slikt deze pillen een half uur tot een uur voordat de huisarts het sneetje maakt.
Flucloxacilline behoort tot de penicilline-antibiotica. Penicilline-antibiotica werken tegen infecties met bacteriën.
Artsen schrijven het voor bij infecties met bacteriën, vooral huidinfecties, zoals ontstoken eczeem, krentenbaard, steenpuisten, gehoorgangontsteking en wondroos. Verder ook bij problemen met borstvoeding geven door een melkklierontsteking, bij ernstige reacties van het lichaam op infecties (sepsis), slijmbeursontsteking, luchtweginfecties en hersenvliesontsteking.
Zweetpuistjes komen bij pasgeborenen veel voor. Ze ontstaan bij verstopte zweetkanaaltjes in de huid: bij warmte kan het geproduceerde zweet niet weg en hoopt zich op. Dit opgehoopte zweet net onder de afsluiting hoog in de huid vormt dan een klein helder blaasje . Deze vorm van zweetpuistjes wordt miliaria cristallina genoemd.
Wanneer de afsluiting van het zweetkanaaltje iets dieper in de huid zit ontstaan er rode bultjes op de huid die soms flink kunnen jeuken. Deze vorm heet miliaria rubra en is ook wel bekend onder de Engelse naam ‘Prickly Heat’.
Vermijden van warme vochtige omstandigheden zorgt er voor dat de zweetpuistjes snel verdwijnen en niet meer terugkomen.
gerelateerde onderwerpen
Bij cellulite zien we vaak dat het op twee soorten plekken in het lichaam kan voorkomen. Dit noemen we ook wel androïde (appel-vormig) en genoïde (peer-vormig) cellulite.
Bij een androïde cellulite, appelvormig, vormt de cellulite en verkeerde vetverdeling zich voornamelijk op het buik, flank en heup gedeelte. Deze mensen hebben dan slankere benen ten opzichte van hun bovenlichaam. Bij de genoïde cellulite, of dus peervormig, bevindt de cellulite zich juist op de bovenbenen en heupen. Vaak zien we ook dat de genoïde cellulite voorkomt bij lipoedeempatiënten. Deze doelgroep heeft vaak ook stevigere bovenbenen en heupen ten opzichte van het bovenlichaam. Voor de therapeuten is het belangrijk om goed te bepalen of jij meer een androïde of genoïde cellulite hebt, om zo te bepalen op welke lichaamsdelen de focus wordt gelegd tijdens een behandeling.